Steeds meer bedrijven leven regels Brzo na
Nieuws van het LEC BrandweerBRZO, augustus 2018
In 2014 zijn 362 van 406 Brzo-bedrijven geïnspecteerd op de naleving en handhaving van het Besluit risico’s zware ongevallen (Brzo). Uit de publicatie van de ‘Monitor naleving en handhaving Brzo-bedrijven 2014’ blijkt dat het naleefpercentage met bedrijven zonder overtredingen van het Brzo is gestegen met 11% ten opzichte van 2013. De monitor is verricht door het Bureau BRZO+. Het IPO heeft de rapportage aangeboden aan staatssecretaris Wilma Mansveld (IenM) en de ministers Lodewijk Asscher (SZW) en Ard Van der Steur (VenJ).
Inspecties
Bedrijven die gevaarlijke stoffen in grote hoeveelheden produceren en/of opslaan moeten voldoen aan strenge veiligheidswetgeving Brzo. In 2014 zijn 362 Brzo-bedrijven geïnspecteerd door omgevingsdiensten, veiligheidsregio’s en de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (I-SZW). Brzo-inspecteurs van de veiligheidsregio’s namen aan ongeveer 94% van de inspecties deel.
Uit deze inspecties blijkt dat 53% van de bedrijven de regels uit het Besluit risico’s zware ongevallen 1999 (Brzo’99) niet volledig naleeft. Een kleine verbetering. In 2013 was dit namelijk nog 64%. Dit blijkt uit de ‘Monitor naleving en handhaving Brzo-bedrijven 2014’. Het is het tweede jaar dat deze monitor in de “Staat van de Veiligheid” wordt opgenomen.
Categorieën overtredingen
Het aantal aangekondigde inspecties in 2014 is vergelijkbaar met die van 2013. Het aantal onaangekondigde inspecties nam echter toe.
De geconstateerde overtredingen worden in drie categorieën ingedeeld:
- categorie 1: onmiddellijke dreiging van een zwaar ongeval en ernstig gevaar;
- categorie 2: geen onmiddellijke dreiging van een zwaar ongeval, wel duidelijk onvoldoende maatregelen getroffen;
- categorie 3: zeer geringe dreiging van een zwaar ongeval, wel lichtere tekortkomingen.
Uit de inspecties blijkt dat het aantal overtredingen dat binnen de eerste categorie valt zeer gering is (15) in vergelijking met de overtredingen in de categorieën 2 (244) en 3 (462). Bij constatering van de overtredingen is altijd handhavend opgetreden door het verantwoordelijke bevoegde gezag. Veiligheidsregio’s hebben handhavend opgetreden bij enkele tientallen overtredingen van regels rond de stoffenlijst voor hulpverleningsdiensten.
Samenwerking
Verschillende overheden werken in de uitvoering samen in BRZO+. Het gaat daarbij om omgevingsdiensten (namens provincies en gemeenten), de Inspectie SZW, de veiligheidsregio’s, waterkwaliteitsbeheerders en de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). Ook het Openbaar Ministerie is aangesloten bij het BRZO+ om de afstemming met het strafrecht gestalte te geven.
Kwaliteitsimpuls
Deze samenwerking heeft een impuls gegeven aan de kwaliteit van de uitvoering van de taken van vergunningverlening, toezicht en handhaving. Zo werken deze partijen met een gemeenschappelijke handhavingsstrategie en is hard gewerkt aan de ontwikkeling van gezamenlijke scholing en opleiding van de medewerkers die de inspecties uitvoeren. De goede samenwerking resulteert in een gezamenlijk jaarprogramma voor BRZO+, dat weer een stap verder gaat dan het plannen van gezamenlijke inspecties.
Brief
De monitor is uitgevoerd door en onder verantwoordelijkheid van het Bureau BRZO+ met medewerking van de BRZO+ werkgroep monitoring. Het Landelijk Expertisecentrum BrandweerBRZO neemt namens de veiligheidsregio’s deel aan de overleggen van BRZO+.
Het IPO heeft namens de samenwerkende bevoegde partijen de rapportage van het BRZO+ per brief inmiddels aangeboden aan staatssecretaris Wilma Mansveld (IenM) en de ministers Lodewijk Asscher (SZW) en Ard Van der Steur (VenJ).
Bron: voor dit bericht is gebruik gemaakt van persartikel van IPO